Interview met Miljan Vukićevic

achtergrond: Expo van 8 tot 11/07

Geen beweging. Terwijl ik wacht bedenk ik dat er misschien wel een email waarin hij afzegt in mijn inbox zit. Zal je altijd zien wanneer je net besloten hebt dat het wel eens wat minder kan met de digitale communicatie. Ik bel nog eens aan bij het thuisatelier van Het Bos-ancien Miljan Vukicevic (Belgrado, Joegoslavië, 1970). Dan: een slaperige stem door de intercom, een zwetende Miljan bovenaan de trap. “Heb je mijn email niet gezien? Ik heb gisteren mijn eerste vaccin gekregen en ik ben zo ziek als een hond.” Hij nodigt me toch binnen, troont me door de keuken en de leefruimte (“Sorry voor de rommel”) mee naar zijn werkkamer met openslaande deuren naar de straat, geeft me een stoel (bont gekleurde, getekende strepen op de houten zitting), vraagt hoe we het zullen aanpakken. Ik ben afgeleid door de vitrinekast vol boeken en potten huisgemaakte confituur, werp een blik op de licht vibrerende tekening van zeker vijf m2 aan de muur, trek dan mijn agenda om een andere dag te kiezen. Hij wist zijn voorhoofd en steekt van wal over de boeken van David Hockney die op de vloer liggen uitgestald. Kunst overtreft corona.

Kleur en confituur - Iets vrolijks voor de kijker

Miljan, vertel me over je geschiedenis.

Ik was begonnen aan een studie architectuur maar ben in het derde jaar naar de kunstacademie vetrokken om verder te gaan met schilderen. Ik hou van het idee van architectuur, maar op een andere manier. “The best architects are those that are not building” zei Yona Friedman, een in Hongarije geboren Franse architect, bekend voor zijn theorie over mobiele architectuur, al.

Ik ben niet om financiële redenen geëmigreerd uit Joegoslavië, maar om mijn horizon te verbreden. Mijn plan om naar Italië te gaan ging niet door omdat mijn vader overleed. Hij was de enige in mijn familie die me werkelijk ondersteunde. Dat was ook de periode dat de bombardementen begonnen, het was ingewikkeld. In 2002 ben ik dan naar Antwerpen gekomen om schilderen te studeren, daarna grafische technieken; etsen dus, niet grafisch ontwerp.

Eenmaal hier ben ik beginnen koken om geld te verdienen. Koken is een parallelle passie geworden. Ik ontmoette vrijwel direct Charlotte (Koopman, van Otark - LLtV). Toen de Breakfast Club van de Roskam via het Atelier Solar Shop naar Het Bos verhuisde gingen we met zijn allen mee. Zo is mijn connectie met Het Bos gekomen. Later deed ik er ook een schoonmaakklusje.

Het Bos was dicht en er viel niet veel te koken voor publiek. Hoe heb je het afgelopen jaar doorgebracht?

Ik heb heel veel tijd kunnen besteden aan mijn kunst door de steunmaatregelen. In ideale omstandigheden teken ik van de ochtend tot de avond, en dit jaar was dat zo. Ik voel me goed als ik teken. Ik heb altijd een schetsboekje bij me. Ik teken alles om me heen: straatbeelden, mensen, architectuur. Ik noteer ook, flarden tekst, gedachten. Dat vormt de basis voor grotere tekeningen en etsen.

Toen ik net in Antwerpen was kon ik de krant niet lezen. Dan tekende ik de foto’s na, niet letterlijk: als er een kapotgeschoten huis op stond repareerde ik dat in mijn tekening. Ook de iPad tekeningen zijn gebaseerd op foto’s. Ik gebruik hetzelfde programma als David Hockney trouwens, ‘Brushes’, het simpelste wat er is.

Je begon het gesprek met je enthousiasme over Hockney’s nieuwsgierige oog en dat hij dat ook in zijn digitale schilderijen heeft behouden. Hoe ga jij te werk? En welke invloeden voel je nog meer?

Ik heb altijd een minimaal idee in mijn hoofd, een reden om te beginnen. Omdat ik niet wil dat het onderwerp te duidelijk is laat ik het proces heel organisch zijn beloop. Ik hou ervan om dingen te verstoppen onder verschillende lagen. Als ik bijvoorbeeld ‘banaan’ denk zal je dat niet letterlijk op het papier terugzien, maar wel de smaak ervan herkennen. Mijn werk is de opslag van mijn gedachten, als ik later terugkijk weet ik vaak nog waar ik aan dacht toen ik het maakte.

Miljan tekent lijnen, architecturale vormen, vormen en kleurvlakken die elkaar overlappen. Soms is er het vermoeden van een landschap of gebouwen, personages. Het figuratieve fluctueert, is in het ene werk duidelijker aanwezig dan in het andere.

Ik teken met een rapidograph, die wordt gebruikt voor architectonisch tekenen. Het snijdt het papier bijna, zo scherp. Eerder was mijn werk heel grafisch, nu wordt het alsmaar meer organisch en fluïde. En voorbeelden?, vraag ik terwijl ik naar de stapel boeken wijs. Behalve naar Hockney kijk ik ook graag naar Chagall en Paul Klee. Klee experimenteerde ook met muziek, speelde zelf viool.

Ik wilde inderdaad iets vragen over muziek. Mag ik stellen dat er muzikale invloeden in je werk te bespeuren zijn?

Absoluut! Mijn tekeningen zijn dynamisch mede onder invloed van muziek. Als ik teken heb ik overal antennes, muziek komt dan vanzelf in de tekening terecht. In de morgen teken ik daarom in stilte omdat de muziek me enorm beïnvloedt en dat is niet altijd wenselijk. Ik heb wel eens als experiment geprobeerd te tekenen op Turbofolk, echt verschrikkelijke muziek. Ik moest overgeven.

Gitte (Le Bruyn, zijn vriendin - LLtV) is animator. Ze animeerde mijn tekeningen voor een heel album van Joachim Badenhorst (nog zo’n graag geziene gast bij het Bos)


[nog een filmpje: https://www.youtube.com/watch?v=DHcZvc62bso ].

Onlangs presenteerde Joachim nog een nieuw project in Rataplan waarvoor we een decor van grote kartonnen figuren maakten. Daar zat trouwens ook een ufo bij. En een airco, ik hou van airco’s. In Belgrado zijn het er soms zo veel dat je de gevel van een gebouw niet meer ziet.

Ik vind je oog voor kleur ongelofelijk. Je kleurgebruik is opvallend harmonieus en ook een tikkeltje optimistisch.

Meer mensen zeggen dat. Kleuren… In mijn werk vertaal ik de werkelijkheid naar hoe ik hem zie. Misschien is het cultureel bepaald welke vorm je daaraan geeft. Ik stop altijd een grapje in mijn werk, absurdisme. Het is mijn geheime ingrediënt: iets vrolijks voor de kijker. Een van de onderwerpen nu zijn conspiracy theorieën over aliens, aliens in het algemeen, eigenlijk. Vandaar de UFO voor Joachim. Als je reist, of verhuist naar een ander land, ben je ook een alien. Sommige dingen zien er in België hetzelfde uit als in Belgrado en dat is verwarrend. Want hoe je met de dingen omgaat, hoe je mensen iets vraagt, wat wel en niet kan, dat is totaal verschillend. Als de maatschappij een cirkel is ga ik er door en er langs. De indrukken die ik op die ‘reis’ opdoe gaan mee naar het atelier - ik moet iets nemen om te kunnen maken. Ik weet niet of ik er echt deel van van uitmaak; als ik iets teruggeef in de vorm van een tentoonstelling misschien. Maar in feite is mijn werk een, voor mij noodzakelijke, reflectie van mijn leven: bevragen, zoeken, relativeren.

Het materiaal lijkt ook van invloed op wat je maakt.

Het materiaal is heel belangrijk! Daarom zijn de onderwerpen en kleuren per medium zo verschillend. Ik gebruik vaak Khadi papier, een dikke, handgeschepte soort die het water heel goed opzuigt. Andere soorten papier laten meer fluïde overgangen toe, waarbij ik dan soms de lijnen van de rapidograph niet respecteer. De iPad tekeningen hebben ook een heel eigen karakter, zijn veel realistischer.

Wat zijn je plannen voor je expo in juli?

Drie jaar geleden vroeg Koen (De Imagerie / Bosbar) al of ik wilde exposeren. Ik ben nu aan het bedenken wat ik wil laten zien in juli. Ik heb zo veel getekend sindsdien dat ik wel drie verdiepingen zou kunnen vullen. Hij wijst naar een stapel bananendozen van zeker twee meter hoog achter de deur. Die zitten helemaal vol. En dan zijn er nog die grote daar en natuurlijk de ipad-schilderijen.

Ik hou er niet van als tekeningen gewoon hangen of zijn ingekaderd, dat doet me te veel denken aan de klassieke manier van denken op de academie. Ik denk dat ik een deel van mijn tekeningen ga projecteren, afgewisseld met de tekeningen op A3-formaat en de nieuwe reeks grote tekeningen, een soort ‘weefsels’ die uit veel lagen bestaan. Misschien maak ik kleine afdrukjes van andere tekeningen waar je doorheen kunt bladeren, als bibliotheekfiches in een bak.

Of er ook eten en muziek zullen zijn tijdens de expo is nog een verrassing, omdat we rekening moeten houden met de coronaregels.

MILJAN VUKIĆEVIC exposeert in Het Bos van 8 t/m 11 juli 2021

Meer beelden:
Miljans iPad schilderijen op instagram: @vukicevic.miljan

Behalve bij Otark kookt Miljan ook samen met zijn vriendin Gitte Le Bruyn onder de naam 1.2.3.unicum.
Ook op instagram: @gittemiljan.123unicum