Boslabs Expo!

achtergrond: Boslabs expo april-mei 2020

Expo in Het Bos van 3 t/m 30 april én in Bozar Brussel begin mei 2020!

Er leven op het ogenblik beslist tien grote schilders op de wereld, daarvan wonen er drieduizend in Montparnasse het Bos. (naar Jean Cocteau)

Boslabs zijn een fluide groep van dertig jongeren. Ze spreken Nederlands, Frans, Engels, Kirundi, Swahili,… allemaal een beetje. Elke woensdag nemen verschillende kinderen van verschillende scholen van verschillende nationaliteiten van verschillende leeftijden deel aan Boslabs. Of ze nu al een paar jaar of slechts een paar weken in Antwerpen wonen. En ze komen steeds opnieuw terug.

‘De Boslabsenergie overbrengen in een (stilstaand) werk’: dat is de kunst voor de tentoonstelling in Het Bos (april 2020) én in Bozar (mei 2020). ‘Tijdens Boslabs wordt er een eigen identiteit en realiteit gecreëerd, waarvan er deeltjes zullen getoond worden in het museum: dingen die de levendigheid en veelvuldigheid van het proces tijdens de labs weten te vatten.’

‘Jongeren de kans geven zich(t) te ontwikkelen’: Wat vinden zij mooi? Wat willen zij verzamelen? Boslabs vertelt hun verhaal. Als vertrekpunt voor de tentoonstelling in Brussel wordt er gewerkt met de collectie van Jaap Kruithof van het MAS. Hij was hoogleraar Ethiek aan de Universiteit Gent en een gepassioneerd verzamelaar. In 1973, na de dood van zijn vader, begon hij met ‘het verzamelen van dingen die anderen meestal weggooien.’ Bewaren als statement. Als ecologisch ideaal, want ‘we gooien teveel weg.’ Uiteindelijk omvat zijn collectie meer dan 10.000 stukken. ‘Van zijn waarde van dingen gaat Boslabs naar hun waardes van dingen.’

De jongeren zelf bruisen van de ideeën voor de presentatie in Bozar. Er werd hen gevraagd wat ze graag zouden willen tonen in een museum. Hun antwoorden waren:
‘danse’,
‘mozen’,
‘vissen in de muur en water en glas (aquarium)’,
‘an opening with short dance’,
‘foto’s vind ik het leukste’,
‘kleren en mijn land’,
‘presentaties van klei en gipsen’,
‘objecten op verschillende sokkels,’
‘geel vis’,
‘hersen maken’,
‘selfies in museum, gipsen, breakdancen,’
‘Afghaanse vliegers die vliegen met een ventilator’
‘Ik vind het hondje mooi, in irak had ik ook een hondje.’
‘De museum, ik vind dat is goed.’
‘Ik kijk hel veel mensen.’
‘Ik weet het niet juf. Spijt me.’

Boslabsbegeleider Vincent Van Meenen formuleerde de woensdagmiddagen als: “door de onmogelijkheid heen gaan. Met trekken en sleuren prachtige dingen bereiken. Als je als kunstenaar vastzit, of gewoon, als je zelf vastzit, kom meedoen. Je ziet en voelt in de labs de vrijheid om iets anders te doen. Driekwart van de dingen verdwijnt in de onvertaalbaarheid, wat positief is, er hoeft niet direct een resultaat aan vast te hangen. Er mag voluit geëxperimenteerd en gefantaseerd worden. We proberen ook steeds: radicaal iets anders.”

Op de vraag wat ze belangrijk vinden, antwoordde een leerling:
‘Mijn belangrijk is: ik wil mooi maken toekomst.’
Boslabs wil dat ook, voor hen. Of om met hun woorden te eindigen, zoals één van hen ergens op de formulieren schreef:
‘Toi qui nous portas sur le dos.’
Ik weet niet of het over Boslabs ging, maar het zou er zeker over kunnen gaan.